Ruimtelijk (in)zicht, motoriek en algemene ontwikkeling kunnen zich pas goed ontwikkelen als we weten dat ons lichaam uit 3 dimensies bestaat.
Een jaar geleden kwam er een jongen in mijn praktijk die zeer veel moeite had met leren. Groep 3 werd toen voor de tweede keer gedaan en vlak voor de herfstvakantie 2016 bleek dat hij , ondanks de herhaling van groep 3, moeilijk tot leren en begrijpen kwam. Verwezen door school om hem met de visuele leerstijl te ondersteunen. Dit bleek in de eerste sessie al 10 bruggen te ver; letters en cijfers werden niet goed gedecodeerd en hardnekkig gespiegeld geschreven. Lezen lukte nauwelijks (letters werden nog steeds hakkend gelezen) en ging veel te langzaam. Ook rekenvaardigheden werden nauwelijks opgepikt in de eerste plaats omdat er geen getalbegrip was. Ruimtelijk inzicht en ruimtelijk zicht waren zwak ontwikkeld. Op sociaal- emotioneel gebied waren (en ontstonden) er ook in toenemende mate meerdere problemen en op motorisch gebied was grof en fijn- motorisch bewegen een uitdaging. Wandelen en fietsen waren meer dan normaal vermoeiend.
Door het zwakke ruimtelijke inzicht en ruimtelijk zicht kwam hij nooit tot het bouwen van 3- dimensionale objecten zoals een auto van KNEXX; hij begreep gewoon niet hoe de bouwtekening bedoeld werd en hoe hij het bouwen in dimensies voor elkaar moest krijgen. Hoe anders is dat nu; bijna een jaar na de start van het traject. De auto werd een paar weken geleden, bijna een jaar na de start van het traject reflexintegratie, ineens en gemakkelijk in elkaar gezet. Hoe komt dit nu ineens ? Ik zal dit hieronder en aan de hand van de afbeeldingen proberen uit te leggen.
Toen deze jongen vorig jaar bij mij binnenkwam bleek al snel dat vrijwel alle primaire reflexen nog actief waren in hem. Dit hield in dat de neurologische verbindingen niet goed genoeg ontwikkeld waren/ gerijpt waren in de eerste 2 levensjaren. In de zwangerschap ontwikkelen deze reflexen zich in een vaste volgorde en verschijningstijd, ze helpen actief mee/worden getriggerd bij een normale(!) bevalling en helpen het kind in de eerste twee levensjaren om de ontwikkelingsmijlpalen te bereiken en de vaardigheden op sociaal- emotioneel, motorisch en mentaal vlak te ontwikkelen en te verfijnen. Na het tweede levensjaar moeten de primaire reflexen geïntegreerd zijn en nemen de (levenslange) houdingsreflexen en de hogere hersengebieden de functies op een bewust en uiteindelijk geautomatiseerd niveau over.
1. Hersenstam: onbewust reageren op zintuigelijke prikkels en ontwikkelen van bewegingen langs de voor en achterkant van het lichaam. Hoofditem: Veiligheid en waar ben ik in de ruimte ? 1e leerdimensie.
Primaire reflexen zijn actief op hersenstamniveau en verlopen op onbewust en onderbewust niveau. Hier komen diverse zintuigelijke prikkels via het ruggemerg als eerste binnen en gefilterd. De diverse reflexen reageren spontaan op een bepaalde stimulus en zet de persoon spontaan in beweging. Iedere reflex biedt zijn eigen vaardigheden: Grijpen, duwen trekken, benen gezamenlijk of onafhankelijk van elkaar gebruiken, Bekken voor/achterwaarts en links/rechts bewegen, hoofd draaien maar ook voor en achterover kantelen, spierspanning reguleren enzovoorts. Dit zijn basale vaardigheden die zich daarna kunnen uit- ontwikkelen. Vanuit de diverse reflexmatige bewegingen ontstaan er verbindingen tussen zenuwcellen, die vervolgens zenuwbanen gaan vormen.
Die zenuwcellen aan elkaar vormen een netwerk wat zich op hersenniveau ontwikkelt van binnenuit naar buiten toe. Anders gezegd: vanuit hersenstam/kleine hersenen naar limbische systeem en later Cortex- niveau. Dit zie je in gedrag, motoriek, spraak/taal, sociale interactie en emotieregulatie terug. Immers we zijn ons als pasgeborene onbewust van onze omgeving, hebben nog geen emotieregulatie en kunnen nog niet praten en optimaal en doelgericht bewegen. Naarmate het neurale netwerk zich uitbreidt, worden we ons bewuster van onze omgeving en gaan we erop reageren. Naarmate het zenuwstelsel sterker wordt en prikkels efficiënter en sneller gaat doorsturen, bereiken we hoger gelegen hersengebieden, worden we op meer gebieden steeds bewuster vaardiger en kunnen we anticiperen, reageren, oplossingen bedenken en schakelen. Bij aanwezigheid of nooit goed uitontwikkelde primaire reflexen na de tweede verjaardag, blijven we op dat onbewuste (hersenstam) niveau spontaan reageren. De cognitieve en bewuste handelingen worden daarbij steeds verstoord. De persoon wil wel focussen, oplossingen bedenken of bewegingen gericht aansturen, maar de reflexen hebben deze gerichte acties gesaboteerd. Goed uitontwikkelde primaire reflexen zijn het fundament van ons neurologische huis. Pas als dàt goed staat, kunnen we verder bouwen.
Functioneren op hersenstam- niveau zijn dus onbewuste en niet gereguleerde activiteiten. De eerste reflexen die een bepaald niveau van integratie bereiken helpen ons om de eerste mijlpaal; het rollen te gaan bereiken. We verplaatsen ons van rug naar buik en daardoor veranderd onze perceptie van de wereld om ons heen. Door dit rollen steeds vaker te gaan herhalen, bewegen we langs het frontale vlak en ontdekken we dat ons lijf niet alleen een voorkant maar ook een achterkant heeft. Deze wetenschap is belangrijk om je te kunnen oriënteren in de ruimte. Waar ben ik en waar zijn andere objecten/personen t.o.v. van mij ? Dit heeft een directe link met ons gevoel van veiligheid.
Als je niet goed kunt inschatten op welke afstand objecten van jou zijn of hoe groot de stap is die je moet maken om op de vloer te kunnen landen, dan voelt dat onveilig. Dit is zeer gemakkelijk te herkennen in personen die moeite hebben met het op/aflopen van een (rol)trap, springen van een verhoging, maar ook de mensen die zeer aarzelend een grote (volle)ruimte in moeten lopen. Denk eens aan kinderen die bij gymnastiek of op een schoolplein aan de kant blijven staan. Een ander belangrijk kenmerk van een onderontwikkelde motoriek langs dit bewegingsvlak/je onveilig voelen is plotselinge (harde) geluiden of gebeurtenissen, die achter iemand gebeuren. De persoon schrikt en móet kijken wat er achter hem/haar gebeurt om er vervolgens op te reageren/zichzelf in veiligheid te brengen. Overprikkeling van de hersenstam door trauma/chronische stress of niet goed geïntegreerde reflexen zorgen dus ook voor zo’n onbewuste reactie waardoor we de bewuste processen niet meer kunnen aansturen en we stresshormonen gaan aanmaken, waardoor we in een langdurig verhoogde staat van paraatheid blijven. Dit is nadelig voor ons functioneren en het het ontwikkelen van leervaardigheden.
2. Limbische systeem: Onderbewust reageren op omgeving door zintuigelijke waarneming en een koppeling aan een emotie. Ontwikkeling communicatie en interactie met de omgeving. Hoofditem: verbinding leggen tussen nieuwe en al geleerde vaardigheden. Ontwikkelen van de neurologische verbindingen en bewegingen tussen boven en onderzijde lichaam; 2e leerdimensie.
Het limbische systeem (zoogdierenbrein), is het gebied tussen de hersenstam en neo- cortex in en hier vanuit reageren wij op onderbewust niveau op o. Dit is ons gevoelscentrum en ook liggen er in dit deel van het brein de taal/spraakcentra. Bij uitbreiding van het neurologische netwerk zien we dat baby’s/dreumesen klanken gaan produceren en vanuit die klanken woorden gaan vormen. We worden ons meer bewust van onze omgeving en dat, als we iets doen er een reactie komt. Ook bij het reflexintegratieproces op latere leeftijd (ongeacht de hoogte van de leeftijd !!!), zien we dat deze processen zich ook dan verder ontwikkelen. Cliënten kunnen beter verwoorden wat ze voelen, kunnen de zintuigelijke prikkels beter filteren en verwerken en ze komen sneller uit emotionele reacties weg. We leren bewegingen te maken langs het transversale vlak; het vlak wat onder en bovenkant van het lichaam verbindt. Wat doe ik met mijn benen als ik loop, ren spring of huppel ? Hee, nu loop ik op mijn tenen….enz….Dit is bewustwording van het onder en bovenlichaam, maar dit kan ook betrekking hebben op het ontwdekken dat objecten een boven en onderkant hebben.
Bij mijn cliëntje van deze blog zag te dit ook heel sterk in deze fase en daarbij zagen we dat tijdens het lezen niet meer gehakt en geplakt werd; woorden werden ineens gelezen= verbinden ! Daarnaast zagen we ook dat de motorische vaardigheden ineens sterk vooruit gingen en wandelen en fietsen ineens langer volgehouden werden doordat het boven en onderlichaam efficiënter samenwerkten. Op onbewust niveau weten dat je een voor/achterkant en een onder/bovenkant van je lichaam hebt en dat dat kan samenwerken, levert dus veel nieuwe vaardigheden op !! Als we vervolgens ook een sterk neuraal netwerk ontwikkelen naar het hoogste hersenniveau (neo- cortex), dan gaan we helemaal de lift van ontwikkeling in; we bereiken het dak van ons huis.
3. Neo- cortex (mensenbrein); bewuste processen, plannen/organiseren, schakelen tussen verschillende/veranderende situaties, weloverwogen keuzes kunnen maken, leervaardigheden kunnen ontwikkelen en automatiseren. Hoofditem: weten wie je bent en wat je wilt. Neurologische verbindingen en samenwerking tussen linker en rechter lichaamshelft,-en hersenhelft; 3e leerdimensie.
Alle cognitieve activiteiten/vaardigheden vinden plaats in de neo- cortex (mensenbrein) en is op bewust niveau. Vanuit dit deel van de hersenen organiseren/plannen we, sturen we fijn en grof- motorische bewegingen aan, bedenken we oplossingen voor problemen en weten we wie we zijn en wat we willen. We zijn doelgericht en planmatig bezig om zaken tot een goede voltooiing te brengen. We kunnen bijvoorbeeld een gebruiksaanwijzing stapsgewijs volgen en focus houden om deze te lezen en er naar te handelen zonder afleiding en omdat we snappen wat er bedoeld wordt.
In lichamelijk opzicht leggen we neurologische verbindingen rond het saggitale vlak, waardoor we ontdekken dat we een linker en rechter lichaamshelft hebben en die twee helften kunnen samenwerken. Hierdoor ontdekken we ook wat links/rechts en onder boven is. Als we dit niveau bereiken, spiegelen we letters en cijfers niet meer en kunnen we volgordelijk denken en handelen. Doordat het zenuwstelsel hogere niveaus bereikt, wordt de hersenbalk (een kluwen van zenuwverbindingen) beter bereikt en raakt beter gerijpt waardoor prikkeloverdracht tussen linker en rechterhersenhelft meer accuraat verloopt. Hierdoor kunnen we de talenten van de linker hersenhelft (volgordelijk,talig denken, handelen, automatiseren) en de talenten van de rechterhersenhelft (ruimtelijk (in)zicht, Alles ineens overzien, vanuit het geheel naar de delen werken), combineren. Hierdoor ontstaat er een sterke leerbasis en kunnen we alle cognitieve mogelijkheden optimaal benutten. Hoor of merk je met regelmaat dat “het er wel inzit, maar er niet uitkomt ?” Dan is het verstandig om eens te kijken of de problematiek voortkomt uit neurologische onrijpheid / (nog) actieve primaire reflexen. Met reflexintegratie doorloop je het ontwikkelingsproces van binnen naar buiten waardoor we ontdekken dat we een 3 dimensionaal lichaam hebben, waarbij we langs 3 verschillende vlakken kunnen bewegen en kunnen waarnemen.
Bij optimale rijping van dat zenuwstelsel zie je dan in één keer dat ruimtelijke waarneming en (in)zicht verbeteren en we in één keer snappen hoe een object ruimtelijk in elkaar steekt. Dan pas is rekenen of wiskunde ook pas goed te begrijpen. Schoolprestaties zijn in het geval van dit cliëntje enorm vooruit gegaan op alle vlakken. Lezen, rekenen en taal gaan nu zoals het hoort en een bouwtekening van KNEXX begrijpen is een eitje. En dan is zo’n mooie auto zomaar in elkaar gezet !!!